Jelle Reumer

WETENSCHAP & COMMUNICATIE


De Noordpool

Maandag 19 oktober was er een chill Kenniscafé, over een cool onderwerp: de Noordpool. Via de stem van Maarten Keulemans sprak de Noordpool zelve ons eerst toe, en ik mocht weer afsluiten met deze column:

Laat ik maar meteen de flauwe grap maken dat een Noordpool iemand uit Gdansk is en een Zuidpool iemand uit Krakow, dan hebben we dat tenminste gehad. Maar wat is nou eigenlijk wél de Noordpool, die, als we de aankondiging van dit Kenniscafé moeten geloven, zijn einde nadert? Dat laatste valt nog te bezien, het einde van de wereld is ook al diverse keren aangekondigd en weer even vaak opgeschort en van Nietzsche’s aankondiging dat God dood is merken ze in het Midden-Oosten vooralsnog ook niet zoveel.

Het einde van de Noordpool dus, maar er is een heel stel noordpolen, dus welke gaat er dan verdwijnen? De geografische noordpool is niet meer dan een fictief puntje op de kaart, het puntje waarom onze aardbol rondtolt en van waaruit je in alle richtingen om je heen kunt kijken en dat dat altijd naar het zuiden is. De dag duurt er een half jaar, en de nacht ook: het is een horror-scenario voor wie een avondje wil stappen. Maar zolang de aarde blijft tollen zal déze Noordpool niet verdwijnen.

Dan hebben we de magnetische noordpool. Die kan wel degelijk verdwijnen, of liever gezegd, migreren naar de andere kant van de aardbol. Dan wordt de Noordpool de Zuidpool en de Zuidpool de Noordpool en dat betekent dat de magnetische Noordpool bij de Zuidpool ligt en de magnetische Zuidpool bij de Noordpool, als u me nog kunt volgen. Ik weet trouwens niet eens zeker of dat niet gewoon allang het geval is, want het is toch een kwestie van definitie allemaal.

En dan is er het Noordpoolgebied, de Arctis, waarvan je zou denken dat het een continent is, net als de Zuidpool ofwel de Anti-arctis, maar dat is het niet, want eigenlijk is het gewoon een enorme ijsschots die op zee drijft. Die hele ijsschots ‘Noordpool’ noemen is raar, want dan geef je een ijsschots de naam van een puntje op de kaart. Vanavond spraken de verzamelde wetenschappers zelfs over een nog groter gebied, het gehele noordpoolgebied, oftewel alles benoorden de poolcirkel: de Arctis. En daar kan van alles misgaan, die ijsschots kan bijvoorbeeld smelten.

Ik ben er nooit geweest. En ik hoef er ook niet heen. Dat heeft twee redenen. Ten eerste schijnt het verslavend te zijn; als je er eenmaal geweest bent heb je last van het poolvirus en wil je weer terug, en terug, en terug, net zolang tot je als Shackleton of Scott of Nobile of Wegener of honderden minder bekende anderen er simpelweg verdwaalt en doodvriest of door een ijsbeer wordt  opgegeten. Dat is de tweede reden, ik heb geen zin om dood te vriezen of te worden opgegeten.

Nienke Beintema schreef erover in haar leuke boekje ‘De Poolgebieden voor in bed, op het toilet of in bad’. Hadden ze dat maar gehad, die poolreizigers, fijne bedden, werkende toiletten en een warm bad voor het slapen gaan, maar nee hoor, ze gingen er vrijwillig heen en hadden alleen een gierend wegwaaiende tent, doorweekte slaapzakken, ranzige pemmikan om op te kauwen, veel sterke drank, en elkaar. Ik citeer: “’s Nachts lagen de mannen dicht tegen elkaar aan, met hun hoofden helemaal in hun slaapzakken. In een gekmakende halfslaap rilden ze de hele nacht door. Iemand klappertandde zo hard dat hij zijn gebit beschadigde.” Of deze: “Had ik dit moeten doorstaan voor een grof misdrijf, was dit een strenge straf geweest. Nooit zou een dominee de hel zo beschrijven, want dit was erger.” Ene Lawrence Oates leed zo van de kou dat hij er een eind aan maakte met de woorden: “Ik ga even naar buiten, en het kan wel even duren.” Hij werd nooit meer waargenomen.

Door die ontoegankelijkheid moeten we dit gebied juist koesteren. Dat kan het beste door er nooit naartoe te gaan. Laat het lekker koud liggen wezen, laat het eenzaam en desolaat en donker blijven, wat hebben we te zoeken in die ongerepte leegte? Laat de ijsberen met rust, en de olie en het gas ook. En laat het vooral maagdelijk blijven, ik bedoel: een boortoren van Shell in de ongerepte Arctis is toch net zoiets als Kees van Kooten’s Vieze Man die zich aan uw 14-jarige dochter vergrijpt?